Makers passen internetlessen toe op ‘echte’ wereld

‘Zelf doen’ is een gebod dat opvoeders maar al te goed kennen. Van kleins af aan willen kinderen hun eigen stempel op de omgeving drukken. Ook al gaat het misschien niet allemaal even snel en netjes, de voldoening van iets zelf te hebben gedaan of gemaakt is groot.

Het zelf doen is ook het principe van de Makerbeweging. Zelf -en samen- iets ontwerpen, maken en verspreiden. Of het nu via een 3Dprinter is of via het ouderwetse knutselwerk.

MakerbewegingInternetlessen

Computers en internet hebben ons nieuwe manieren verschaft om dingen uit te vinden en te maken, en om samen te werken. De Makerbeweging past die lessen toe op de echte, ‘fysieke’ wereld. En daar komen de wonderlijkste dingen uit. Dat kan variëren van een glas limonade dat piept tot een pannenkoek in de vorm van de Eiffeltoren.

Niet consumeren maar produceren is het motto. Ik vind het geweldig.

Geen toverdoos

Het stimuleert enorm de creativiteit. Je gebruikt je pc niet meer als toverdoos. Of beschouwt het al een machine met een eigen wil waar het continu strijd mee is (‘Wat zegt hij nou weer!’ Tien keer achterelkaar op iets klikken want ‘hij doet het niet’, enzovoorts). Je neemt het heft in handen.

Om het ‘maken’ ook te bevorderen voor mensen die geen geld of ruimte hebben voor allerlei apparatuur, zijn er inmiddels tientallen FABlabs in Nederland opgestart. Scholieren kunnen er langs voor een middagje fröbelen. Docenten kunnen een cursus doen.

En er komt vast nog veel meer aan. Want het is leuk. Wij willen het zelf doen. En, haar naam zegt het al, Jet Bussemaker van Onderwijs heeft 100 miljoen beschikbaar gesteld om de maakindustrie verder te ondersteunen en te stimuleren.

Ben jij hier mee bezig op school? Deel hieronder je ervaringen!

Tips: