Wil je kinderen echt digitaal vaardig maken met kritische (en creatieve) blik, dan moet je maakonderwijs, programmeren en mediawijsheid combineren.
In een tropische aula zitten onderwijsmensen, ict-ers en journalisten bij elkaar om te luisteren naar Makers.
Er is veel herkenning en hilariteit. De onderzoekers hebben meer vragen dan antwoorden. De citaten vliegen je om de oren (Note to self: nooit meer citaten in presentaties. Gewoon alles zelf bedenken, kan ik best.)
Zoals deze van Rushkoff:
“Program or be programmed”.
Nu heb ik Rushkoff best hoog zitten, en heb ik dit citaat ooit ook heel boeiend gevonden.
Maar nu vraag ik me alleen maar af: komt hij wel eens in de plaatselijke supermarkt? Op een school? Zit ‘ie weleens in de bus? Of in een voetbalstadion?
Moeten al deze mensen gaan leren programmeren? Dat is toch kansloos. Dus worden zij dan allemaal ‘geprogrammeerd’, dat wil zeggen willoos overgeleverd aan ict die bepaalt wat ze doen?
Lijkt me een beetje overdreven.
Natuurlijk: we weten alleen maar globaal dat er via internet data van ons worden verzameld, maar niet wat daar nu werkelijk mee gebeurt, wat best risicovol is. En we gaan gewoon door met Facebook, ondanks dat Facebook bepaalt wat we wel en niet mogen zien en alles wat we doen opslaat. Maar een beetje eigen wil en kritische blik hebben we toch nog wel?
Word je (alleen) mediawijs door te programmeren? Of door te maken?
De Makers, codeclubs en mediawijsheidprofessionals hebben gemeen dat ze jong en oud in staat willen stellen om het heft in handen te nemen en iets te veranderen aan hun omgeving. Empowerment.
- De makers doen dit via technologie en spullen, in de hoop via ontdekkend leren creativiteit aan te wakkeren en zo nieuwe ideeën en oplossingen te creëren.
- De codeclubs willen leerlingen onder de motorkap van ict laten kijken, zodat die beter begrijpen hoe onze gedigitaliseerde wereld werkt en daar aan kunnen bijdragen.
- Mediawijsheidprofessionals proberen via voorlichting bewustwording te creëren.
Wil je kinderen en volwassen echt mediawijs maken, dus bewust, kritisch en actief met het web leren om te gaan, dan kun je het beste dit allemaal combineren. Dat vraagt een docent die:
- verstand heeft van de tools en technieken
- maar ook van het stimuleren van ontdekkend leren.
- ervoor kan zorgen dat de doelen relevant zijn (wat heeft de wereld aan jouw product?).
- en de leerlingen en deelnemers ook wijst op risico’s van ict: niet alleen vieze mannen en cyberpesters, maar bijvoorbeeld ook dat ict niet altijd neutraal is en vaak omringd wordt door veel te blije verwachtingen
- dit per doelgroep kan aanpassen.
Kortom: praktisch aan de slag, maar wel met duiding.
Ik zie het wel voor me.
